Foerageren van vleeskuikens in buitenruimten
Probleem
Toegang tot buitenruimtes is verplicht in de biologische pluimveeproductie. Het stimuleren van biologische vleeskuikens om buitenruimtes te gebruiken kan een uitdaging zijn als er buiten de stallen slechts schaarse vegetatie is zonder bomen en struiken.
Oplossing
Om het aantal vleeskuikens dat naar buiten gaat te vergroten, is het creëren van aantrekkelijke gebieden noodzakelijk. Een combinatie van kleinere open ruimtes met gras en kruiden en ruimtes met verschillende struiken en bomen, waar de vleeskuikens zich veilig kunnen voelen, zal de kippen stimuleren om een groter deel van de buitenruimtes te gebruiken (zie figuur 1). De keuze van genotypen kan belangrijk zijn, omdat sommige genotypen actiever zijn dan andere.
Benefits
De toegang tot een aantrekkelijke buitenruimte zal de vleeskuikens stimuleren om actiever te zijn en meer te foerageren, wat bijdraagt tot een natuurlijker gedrag. Actieve vleeskuikens zullen naar verwachting minder voedselzoollaesies hebben, wat belangrijk is voor het welzijn van de dieren. Naast meer activiteit kunnen gras, kruiden en/of gewassen in de buitenruimte de dieren van voedingsstoffen voorzien.
Applicability box
Geographical coverage
Global
Application time
Buitenzones kunnen het hele jaar door worden gebruikt; in een kouder klimaat kunnen de winterperiodes echter moeilijk zijn en worden wintertuinen aanbevolen.
Required time
Het aanplanten van buitengebieden vergt tijd en nieuwe struiken en bomen alsook gras/kruiden moeten gedurende 1 à 2 jaar tegen vogels worden beschermd.
Period of impact
De plantperiode is van cruciaal belang. Pas geplante bomen of struiken kunnen worden beschermd door omheiningen.
Equipment
Uitrusting voor het planten van bomen en struiken, beweegbare hekken
Best in
Langzaam groeiende bomen, bijv. fruitbomen, kunnen worden beschermd door snelgroeiende bomen, bijv. wilgen of populieren. Het tijdstip van aanplant hangt af van het klimaat en de weersomstandigheden.
Practical Recommendations
- Kies plantensoorten die robuust zijn en aan het klimaat zijn aangepast, zoals karwij(Carum carvi), rode klaver(Trifolium pratense), cichorei(Cichorium intybus), weegbree(plantago major (breedbladig)/Plantago lanceolate (lancetbladig), raaigras(Lolium perenne), zelfbleek (Prunella vulgaris), rolklaver(Lotus corniculatus), luzerne/alfalfa(Medicago sativa).
- Het kan nodig zijn een deel van de planten af te schermen tot ze een zodanige omvang hebben bereikt dat ze minder kwetsbaar zijn voor vogels die de bladeren en kleinere takken opeten.
- Door enkele bomen in rijen vanaf de vleeskuikenstallen te planten, worden de vogels aangemoedigd de stal te verlaten en zich tot ver in de buitengebieden te verspreiden (zie figuur 2).
- Combineer bomen en struiken met kleinere open gebieden met gras/kruiden of zelfs gewassen die foerageeractiviteit en ander natuurlijk gedrag zoals stofbaden, wat goed is voor het welzijn van de dieren, aanmoedigen.
- De keuze van het genotype is belangrijk. Zeer snel groeiende genotypes zijn niet geschikt voor het opzetten van een populatie met actieve dieren.
- Tijdens koude winterperioden zijn vleeskuikens minder gemotiveerd om naar buiten te gaan; een verandasysteem (wintertuin), waar kuilvoer kan worden verstrekt, is dan aan te bevelen.
Further information
Reading
- Steenfeldt, Sanna (2014) Kippen foerageren in het bos. DCA's maandelijkse externe nieuwsbrief, juni 2014, Beschikbaar op http://orgprints.org/28724/1/28724.pdf
- Steenfeldt, Sanna Diversitet og integritet i økologisk slagtefjerkræproduktion- MultiChick, Aarhus Universitet. Beschikbaar op http://icrofs.dk/fileadmin/icrofs/Nyheder_PDf/MultiChick/MultiChick_folder_Final.pdf
- Almeida, G. et al. (2012) Feed intake and activity level of two broiler genotypes foraging different types of vegetation in the finishing period. Poultry Science 91(9):2105-13. DOI:10.3382/ps.2012-02187
- Kijk op het platform "Biologische landbouwkennis" voor meer praktische aanbevelingen over het houden van dieren.
About this practice abstract and OK-Net EcoFeed
Publishers:Dept. of Animal Science (ANIS). Aarhus University (AU),
DK8830Tjele,
Phone +45 8715 6000/+45 8715 8074,
,
anis.au.dkResearch Institute of Organic Agriculture (FiBL),
CH5070Frick,
Phone +41 62 865 72 72,
info.suisse@fibl.org,
www.fibl.orgIFOAM Organics Europe,
BE1000Brussels,
Phone +32 2 280 12 23,
www.organicseurope.bio,
www.organicseurope.bio
Contact: sanna.steenfeldt@anis.au.dk
https://orgprints.org/view/projects/OKNetEcoFeed.html
This practice abstract was elaborated in the Organic Knowledge Network on Monogastric Animal Feed project. The project is running from January 2018 to December 2020. The overall aim of OKNet EcoFeed is to help farmers, breeders and the organic feed processing industry in achieving the goal of 100% use of organic and regional feed for monogastrics.
Project website: https://ok-net-ecofeed.eu/
IFOAM Organics Europe (project coordinator), BE; Aarhus University (ICROFS), DK; Organic Research Centre (ORC), UK; Institut Technique de l'Agriculture Biologique (ITAB), FR; Research Institute of Organic Agriculture (FiBL), CH; Bioland, DE; Associazione Italiana perl'Agricoltura Biologica (AIAB), IT; Donau Soja DS, AT; Swedish University of Agricultural Sciences, SE; ECOVALIA, ES; Soil Association, UK.
This project has received funding from the European Union’s Horizon 2020 research and innovation programme under grant agreement No 773911. This communication only reflects the author’s view. The Research Executive Agency is not responsible for any use that may be made of the information provided. The authors and editors do not assume responsibility or liability for any possible factual inaccuracies or damage resulting from the application of the recommendations in this practice abstract